donderdag 17 november 2011

Dokter Bibber


Al enige tijd ben ik Opa Duif en mijn kleinkinderen van  5 of 16 jaar, ik heb er acht, staan erop mij te assisteren bij het verzorgen van de duiven als ze op visite zijn. Ze willen het hok in, knoeien met voer, gieten water naast de drinkbakken en ze moeten beslist stoppeljongen aaien., 
Jamie wil een duif vasthouden en dat is best moeilijk, Sarai strooit het voer naast de voerbak en Nadine tilt zich een breuk aan een zware gieter van 10 liter en het water  belandt voor het grootste deel naast de drinkpotten. kortom dolle pret!
In de duivensport loop je soms tegen wonderlijke zaken aan. Wat te denken van vlieggoud of fondolie. Bij het eerste denk je misschien aan vlugzout, bij het laatste leg je onbewust een connectie met loodvrij, diesel en LPG. Wanneer  je je als buitenstaander  realiseert dat die dingen iets met postduiven uitstaande hebben, klapper je met je oren.

een duif vasthouden is  best lastig

Maar ook als behoorlijk functionerende grootvader word je geconfronteerd met bizarre dingen. Zo stuurde mijn schoondochter mij begin december op pad om het spel Dokter Bibber als sinterklaascadeau aan te schaffen. Ik had nooit van zoiets gehoord, wist niet hoe het er uit zag of waar ik het zoeken moest.
Je moet je zoiets proberen voor te stellen. 
Het spel dat je zoekt is oud en al lang uit de handel en je informeert als oude en grijze heer bij de zoveelste speelgoed winkel naar dokter Bibber. 
Het meisje  achter de toonbank vraagt om uitleg, giechelt wat en stuurt je daarna hoofdschuddend naar een volgende zaak Ik zocht de halve stad af naar dokter Bibber en  schold stilletjes mijn schoondochter de huid vol.
Natuurlijk kan ik de gedachtegang van zo’n winkeljuffie volgen. 

Vertel voor de aardigheid eens aan kennissen en vrienden dat je een duur bed of bankstel hebt gekocht en dat je er van beddenzaak Droomwereld een paar jonge duiven bij cadeau krijgt, dan zie je ze toch ook kijken met een blik van,”Hè , duiven als bonuspunten bij een slaapkamer ameublement,  in wat voor land en tijd leven wij!’

De affaire  Bibber was niet de enige frustratie die ik te verwerken kreeg. Toen mijn oudste dochter in verwachting raakte, mocht ik voor haar een zwangerschapsbelletje gaan scoren. Ze zei me dat zo’n ding bij een bepaalde sieradenzaak  wel te koop was. 
De juwelier keek overdonderd en schudde bezorgd het hoofd.
Na  wat omzwervingen door de stad kwam ik bij een babyspeciaalzaak. Daar was het raak. 
Nu kreeg ik van een ijverige babyjuffrouw evenwel uitgebreid instructie over het gebruik van zo’n zwangerschapsklokje. Het belletje mocht niet te hoog op de moederbuik hangen, want de ongeboren baby richtte zich naar het geluid en kwam dan in stuitligging terecht. 
Liefdevol pakte de winkelkip het belletje in en kakelde aan  een stuk door over de voor- en nadelen van het ‘muziekinstrument’Ondertussen dacht ik; mens schiet op.ik wil hier weg!

Thuis overdacht ik mijn avontuur! Het geluid van  dat zwangerschapsbelletje was aangenaam en rustgevend voor het ongeboren kind. Zou zacht en vrolijk getingel of een soort newage muziek ook niet bevorderlijk kunnen zijn voor de jonge duiven in de broedschotel!  Misschien een ideetje voor de duivenvrienden. 
We hadden het afgelopen jaar immers al kennis gemaakt met de mechanische bromvlieg in een kunstei, dat nota bene aan de universiteit ontwikkeld was.

Van het tril- ei kwam ik weer bij het bibberavontuur; op zoek naar dat cadeau had ik vaag het idee gehad dat schoondochterlief mij met een kluitje in het riet stuurde.
In het dorp van mijn jeugd stuurden  plaagzieke volwassenen  kinderen  bij voorkeur naar de plaatselijke ijzerwinkel of smederij met de opdracht daar de watergaatjestang op te halen. 
Of je moest bij de kruidenier azijn halen en de man zei met een uitgestreken smoelwerk:’Mijn azijn is niet goed ze is zuur!’en omdat zuur  voor  je kinderzieltje   vies en bedorven betekende net als in zure melk, ging je onverrichter zake weer naar huis.

Bij onze duivenclub maakt men ook graag een geintje. Vooral de paar jeugdleden die we rijk zijn moeten daarop bedacht zijn. Zo tovert Rinus bijvoorbeeld bij het inkorven van duiven opeens een ei tevoorschijn en zegt: kijk, Remco je duivin heeft net gelegd. Hier pak aan!’

Wat het sinterklaascadeau betreft! Het Bibberspel vond ik tenslotte in een kringloopwinkel. Het is een kartonnen bord met de afbeelding van een mannetje met allerlei openingen. 
De spelende kinderen moeten met een pincet losse lichaamsdelen  en organen uit dat kereltje peuteren. 
Raken ze daarbij de randen  van die gaten dan klinkt er een zoemer en gaat de neus van de patiënt branden.Kortom een krankzinnig spel.
En....... een dokter mag niet bibberen.
© c.u.

3 opmerkingen: