vrijdag 22 juni 2012

Een kat in het nauw

Ja en dit is Gina!!


Het is alweer een paar zomers geleden. Op een vroege morgen wou Buurman Pol wat etensresten in zijn kliko gooien,tilde het deksel op en kreeg de schrik van z’n leven.
Met een soort snauwerig krijs- gemiauw, sprong hem een kat in het gezicht. Dat was niet plezierig Bovendien ging het om Gina, mijn poes.
 Ik was juist de duiven aan het voeren en hoorde iemand netjes vloeken.
 Dat was Ed, mijn linkerbuurman. Hij was  totaal van de kaart en bibberde van de zenuwen. Ontdaan liep hij mijn achtertuin in om verhaal te halen.
 Wat waren dat voor rotgeintjes, had ik die  scherp nagelige kat in zijn kliko geparkeerd!
 Ik ontkende, wist van de prins geen kattenkwaad.

Toen buurman in een lagere versnelling ging praten, probeerden we samen   te reconstrueren wat gebeurd kon zijn.
Katten zijn gewoontedieren. Ze hebben vaste sluiproutes. Zo klautert Gina tegen de schutting op, wandelt soepeltjes heupwiegend over duivenhokken en fietsenschuur, duikt dan op het scheidingsmuurtje tussen onze huizen en landt vervolgens op mijn kliko, ofwel de grijze vuilnisbak voor restafval. Met een laatste sprong  komt ze op de begane grond. Dan  is poes thuis. Zo gaat het: vaste prik!

We bedachten een mogelijk scenario. Aan  buur Pol ’s kant van de tussenmuur staat ook zo’n vuilbak. Gisteravond  hadden Ed ’s vrouw  of een van zijn talrijke kinderen nog afval weggegooid. Ze hadden de deksel opgelaten.
 Gina was iets later in de nacht op weg naar huis een beetje uit de koers geraakt. Na het loopje over de schuur, was Poeslief aan de Polletjeskant naar beneden gejumpt…….in de open bak! Bij de schok van die ongelukkige landing  was de vuilnisklep dichtgeklapt. Zo moest het gebeurd zijn. 
Zo’n stomme kat toch; had ze niet beter uit haar doppen  kunnen kijken.

 Ed probeerde weer een beetje te lachen. Ik keek naar de rooie schrammen op z’n kop.  Als er een duif tegen mijn hoofd vloog had ik zulke krassen ook en bloedde het soms. Gelukkig voelde je je dan niet..
‘Doet het zeer?’ vroeg ik.
‘Valt wel mee,’zei Ed,’en nou je het zegt, ik heb vannacht aldoor geklepper gehoord. Ik meende dat er ergens een raam  niet op de haak stond, maar dat was  dus jouw Gina die uit de kliko probeerde te springen en te hupsen.’
’Ja een kat in het nauw, springt raar,’ lachte ik.

Niet altijd loopt het met een onfortuinlijke kat goed af. Achter onze huizen staat een elektriciteitshuisje. Heel af en toe komt er een technicus van de Puem of Eneco om iets te controleren. Zo ook ergens vorig zomer.
 Er kwam na maanden weer een man van het Stroombedrijf. Hij ging in het transformatorgebouwtje zijn ding doen. In de tussentijd sloop er een nieuwsgierige kat naar binnen. Toen de monteur klaar was, sloot hij de deur, stapte in zijn dienstwagen en ging.
Na de lange,  weliswaar zachte,  winter vonden andere Enecomannen bij het verhelpen van een stroomstoring in de wijk, het lijk van een uitgedroogde, haast gemummificeerde  kat. Je moet er niet aan denken wat dat arme beest doorstaan heeft.
©.c.u.

2 opmerkingen:

  1. moet die buurman een sterk hart hebben gehad,heerlijk om te lezen.Hoe is het met je snipperwerk, daar ben je lang iet geweest? Groet!!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. ja je zou een doodsschrik krijgen. (Op Snipperwerk zal ik weer eens iets zetten/ik vind werken met wordpress wat ongemakkelijk)

    BeantwoordenVerwijderen