woensdag 14 december 2011

Geurvreter

Heldhaftige familie van Paulus de Boskabouter

' Niet klagen maar dragen en bidden naar kracht’, hoorde ik clubgenoot Jannes zeggen. Dat was mooi gesproken voor een duivenmelker.  
 Ik weet niet of hij het over Orleans had. Z’n duiven hadden er weer eens  niets van gebakken. Twee staartprijzen: daarvan ging je ook niet van trots naast je schoenen lopen! Zelf had ik reden tot klagen genoeg. Mijn jonge duiven zagen er belabberd uit. Ze hadden vieze neuzen en zaten te huilen op hun zitkapelletjes. Kortom een verdrietige zaak. Ik had  schrijfcollega Kees uit Baarn al telefonisch om advies gevraagd.

’ Het kan ornithose zijn maar daar zijn de bekende, gewone middeltjes tegen’, reageerde hij somber. Nu is ornithose op zich al een zwaar klinkend woord, maar als Kees het uitspreekt, word je er al helemaal niet vrolijk van.
’Dat spul met die vitaminen erin heb ik al geprobeerd, dat werkt even en dan begint ‘t gedonder opnieuw’, zei ik. 
' Ik weet ook nog een paardenmiddel’, bromde Kees verder. ‘Je neemt een baksteen en maakt die gloeiend heet op het gas of in de oven en legt die in je hok. Ik zou wel een tang gebruiken, anders brand je je fikken. Dan giet je er wat druppels eucalyptusolie op. De stank is niet te harden. De duiven zitten met hun ogen te knipperen en krijgen tranen in hun ogen van ellende.'

’Tante Eucalypta die was toch getrouwd met Paulus de Boskabouter  en die natte ogen hebben ze nu ook al,’lachte ik.

‘Nee serieus, het is een afdoende methode; die vieze neusjes zijn echt verleden tijd’, ging mijn Baarnse connectie onverstoorbaar verder.
‘Ik heb nog ergens wat geurflesjes uit een reformzaak staan. Ik zal eens zien’, beloofde ik.

We verbraken de verbinding. De baksteenmethode gebruikte ik  echter niet. Ik  had alleen lavendel- en anijsolie in huis. 
Dat bracht me op een  heel ander idee. Als  mijn collega duivenmelker Rinus op de koffie kwam, stak hij in ‘t voorbijgaan z’n neus in mijn duivenkot. 

‘Het stinkt en je hebt muizen, zo vlieg je geen  platte prijs’, riep hij dan enthousiast. 

Nu sprenkelde ik op vrijdagmorgen voor zijn komst wat lavendel in de duivenwoning  en wachtte op  het gebruikelijke commentaar. Dat bleef uit.
’Je duiven zien er vandaag goed uit’, zei hij na zijn tweede of derde kopje koffie. 

Vervolgens begon hij over Jannes die er op Zondagmorgen van  Harchies onder doorgevlogen was. Zoals de meeste melkers sprak hij  de naam van die nieuwe losplaats uit als Hasjiesj.
’De duiven vliegen vandaag hasjiesj’,  zeggen melkers tegenwoordig zonder blikken of blozen tegen elkaar, terwijl elke onschuldige burger bij zulke woorden op heel andere gedachten komt.
En wat het baksteenrecept van Kees betreft; misschien zit daar bij nader inzien toch wel wat in
C.U.

4 opmerkingen:

  1. Arme duifjes, wat die toch allemaal moeten doorstaan.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Antoinette; je hebt helemaal gelijk, maar jij zit toch ook wel eens in de lappenmand en bent soms een beetje verkouden

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Vtamientjes krijgen ze af en toe door het water en knoflook schijnt ook niet verkeerd te zijn

    BeantwoordenVerwijderen