drop en zoethout daar word ik blij van........ |
In Groningen was een klein winkeltje waar je van alles op
het gebied van je gezondheid kon kopen.
Het was in de binnenstad niet ver van de Martinitoren, ik zeg met nadruk ’was’ want het
is er niet meer.
Net als zoveel winkels die niet aan hun omzet komen is het
verdwenen.
De panden zijn te duur, voor wat betreft de huur en als je
het van zoethout, apothekersdrop, middeltjes voor spierpijn en andere
gezondheidsmiddelen moet hebben, kun je beter naar een ander pand uitkijken.
Nu wist ik dat Johan een lid van onze vereniging bij dat
winkeltje oliën door elkaar liet mengen.
Van dit mengsel sprenkelde hij wat op zijn duivenhok.
Het rook naar een zoetige dropgeur, en wat vlogen zijn
duiven goed.
Of het nu door die oliën kwam?
Laatst liet hij zich ontvallen dat het hoofdbestanddeel van
de olie anijs was.
Met een aantal andere oliën werd dit gemend onder andere
Eucalyptus, Venkel, en Lavendel.
Omdat ik ook wel de zelfde prestaties als Johan wilde neer zetten besloot ik op zoek te gaan naar deze oliën.
In een buitenwijk van Groningen vernam ik zat een winkel die
dit soort oliën verkocht.
Achter de toonbank stond een klein breedgeschouderde man,
hij was al jaren met geestdrift werkzaam in deze branche vertelde hij aan een
klant die voor mij stond.
De klant was een man van rond de zeventig hij had een
vitamine preparaat gekocht waar je meer energie van zal krijgen.
’Ieder voorjaar hebben mijn vrouw en ik er weer last van’
sprak hij tot de verkoper.
’Moe, moe en nog eens moe, we hebben van alles al geprobeerd
hopelijk werkt dit’ vervolgde hij met een zucht.
’Het bouwt u weerstand op en geeft energie, ik heb al veel
tevreden klanten’ sprak de verkoper geruststellend.
’Nog een snoepje?’ vroeg de verkoper en hij hield de klant
een schaaltje met dropjes voor.
De vermoeide man verliet zuigend op zijn dropje de winkel.
een winkeltje niet ver van de Martinitoren en de Grote Markt |
’Waarmee kan ik u van dienst zijn’ sprak de verkoper tot
mij.
’Ik kom voor anijsolie’ zei ik tegen hem.
Hij pakte een klein doosje en zette het op de toonbank.
’Dat is dan zeven euro’ zei hij vriendelijk.
’Ik heb nog meer oliën nodig’ antwoordde ik ’, U raad nooit
waar ik het voor nodig heb’.
’Misschien voor duiven’ zei hij als of het de gewoonste zaak
van de wereld was.
Ik was met stomheid geslagen, de man merkte blijkbaar aan
mij dat hij het goed had en begon te lachen.
’Toen we nog in de binnenstad de winkel hadden’ vertelde hij
’kwam er altijd een man waar we duivenolie voor maakten.
’Hij leek wel op een boertje met wat klein vee, ik heb hem
al een hele tijd niet meer gezien’ vervolgde hij
’maar wacht even’.
Hij liep naar achteren en kwam even later met een bruine
fles terug.
Het was zo, n fles waar ik als kind hoestsiroop uit kreeg
alleen vermelde het etiket op deze fles ”Duivenolie”.
Hij draaide de dop van de fles en liet mij aan het goedje
ruiken, het was dezelfde geur als wat ik soms bij Johan op het hok rook.
’Verkoopt u hier ook wat van?’ vroeg ik zenuwachtig.
’Ja hoor, ik heb die man sinds we hier zitten nog niet weer
gezien’
We rekenden af en ook ik verliet de winkel zuigend op een
dropje.
Op de terugweg dacht ik aan de vroege prijzen die ik zal
gaan winnen.
Bij thuiskomst sprenkelde ik wat van de duivenolie op mijn
hok.
Ik had vermoedelijk wat te veel van het spul gebruikt, want
één van de buurtkinderen zei toen ik voorbij liep
’Mamma het ruikt hier naar drop’.
’Die avond stuurde mijn vrouw mij uit bed met de mededeling
dat ik me maar moest gaan douchen.
’Je lijkt wel een anijsbol’ zei ze geïrriteerd.
Maar de zaterdag daarop zat ik vroeg en de week daarop weer.
Ik vertelde het aan een bevriende liefhebber uit Amersfoort
en gaf hem de ingrediënten door die ik wist.
Hij zal het ook gaan proberen.
Toen ik hem de week daarop belde om te vragen hoe hij had
gevlogen zei hij ’Mijn hok stinkt als een hoerenkast en de duiven vliegen geen
meter sneller.
Bij mij zat de week daarop de klad er ook in.
Het had dus duidelijk met vorm te maken gehad dat ik een
aantal weken vroeg pakte.
Maar ach, is het niet duivenhouders eigen om naar iets te
zoeken waar je duiven ’nog’ sneller van gaan vliegen.
Het zat hem dus duidelijk niet in de duivenolie.
© p.j.gelderman
Uit het duivenleven gegrepen
Was toch het proberen waard. Cor, de eerste regel, tweede alinea loopt niet goed,moet nog een woord tussen.Goed verhaal!!
BeantwoordenVerwijderen@Athy: ik zie het, ga het aanpassen. Het verhaal is van Paul uit Groningen. Met hem heb ik veel contact. Ik ken zijn verhalen en hij vind het leuk dat ze in deze vorm op mijn weblog komen zo af en toe
BeantwoordenVerwijderen