zondag 3 maart 2013

Capitulatiepost

Ik heette Miss Moneypenny en ik vloog bij de Woudvliegers


Een clubgenoot vroeg een bonnetje. Ik zei: ‘Waar is ‘t voor en wie wil er in de vrede een duif van mij?’
‘ Jij hebt duiven en je  schrijft, je weet nooit hoe een koe een haas vangt’, was  z’n  dubbelzinnige reactie.
‘Vliegen is geen schrijven, maar soms krijgen woorden wel vleugeltjes’, reageerde ik. De bonnenvrager keek mij mistig aan; in de trant van je kletst uit je nek.

De bon was voor de Capitulatiepost in Wageningen, een club waar hij leuk contact mee had.
‘Een bijzondere naam voor een duivenclub’, lachte ik, ’capituleren betekent zich overgeven en post komt natuurlijk van postduiven. Ze beoefenen  in Wageningen zeker vol overgave de duivensport!’

‘In Wageningen hebben de Duitsers zich na de oorlog overgegeven in hotel de Wereld’, bromde mijn clubmakker,’ en hoe wordt ‘t nou krijg ik een bon van je of niet?’
Dus schreef ik maar op ‘t kaartje dat ik na overleg in april 2005 wel iets van mijn kostbare duivenbezit wilde prijs geven en ik zette mijn zwierige handtekening.

Ja, duivenverenigingen en hun namen. Thuis bladerde ik wat in een ringenboekje. Daar vond ik een keur aan buitenissige namen. Wat te denken van Het Stadsveld in Enschede, De Eersteling in Tinte, De Arkduif in Bladel en Auf Wiedersehn in Nieuwstadt.
Dat Stadsveld kon ik niet plaatsen maar  Eersteling,(Is dat een bloemetje of een aardappel?) en Arkduif lagen voor de hand. Na een vluchtig inspectie van ‘t oude ringenboekje, viel op dat duivenmelkers veel plezier aan hun hobby beleefden. Meer dat 20 verenigingen over het hele land verspreid noemden zich “Ons Genoegen”; Van Bunschoten tot Veendam, ’s Gravensande en Landsmeer overal zat dat genoeglijke duiven volkje.
Veel voorkomend was ook Luchtbode. Vreemd genoeg  hadden enkele duivenclubs voor een roofvogelnaam gekozen. Zeg nou zelf met Sperwer en Valk vroeg je toch om problemen. In  Maastricht gingen  de melkers op de Franse tour  met Sint La Rose, La Rapidité en L’Eclair.

Om een beetje geleerd te doen; nog 2 Latijnse namen, namelijk: Linea Recta en Vice Versa:  regelrecht of rechtstreeks was voor een goeie postduif  prima, maar op duiven die heen en weer vlogen had ik ‘t niet zo.
Tenslotte troffen we in Roosteren PV De Liefde aan. Wat spookten liefhebbers daar zo al uit, zou je dan meteen willen weten.
Daar moest ik toch nodig eens over schrijven,dacht ik; over die  duivenmelkers en hun liefde  Dan zou ik U  bijv. kunnen  vertellen hoe clubgenoot Harm(niet onze bonnenman) op Texel zijn A3 ontmoette toen hij nog een beginnend melkertje was.
C.U.