donderdag 26 januari 2012

Poep op de zonwering

Bij een gekende fondspeler uit Laren lezen de duiven de krant maar geloof niet alles wat er geschreven wordt

De dingen gaan zo als ze gaan. Ennkele jaren terugn kwam mijn sierduiven - buurman achterom met een duif. Hij zei:’ die zat bij mij, kun jij kijken waar ze weg komt.’
Het was een vrouwtje,  duivinnetje zag eruit als een  kerk - of flatduifje. Een fonkelend oog in de kop, alsof ze verliefd was. Zo’n zwerfoog zal ik maar zeggen.
Ik zette de jonge dame in de schuur in mijn privé – uitzetcentrum een beloofde uit te zoeken uit welk deel van het land ze kwam.

Zoals dat vaker gaat kwam er van dat voornemen niks. Drie dagen later gaf ik de duif de vrijheid met de gedachte:’ Zoek jij het zelf  ook maar  uit. Ze vertrok.
Maar ’s avonds zat ze op de vensterbank voor mijn slaapkamerraam boven de zonwering en daar overnachtte ze de tijd die kwam.
Ze verstoorde mijn nachtrust en poepte royaal de vensterbank en  de kap van het zonnescherm onder.
Van mijn duiven moest ze niets hebben en mijn hokken liep ze niet binnen.
Na een week of vier werd een andere slaapplek gekozen. Haar keus viel op  een richel van  het jongeduivenhok, een soort portiekje naast de oude superval, de duivenvoordeur dus. Daar pakte ik  het lichtkrasje op een avond.

Voor de tweede keer verhuisde het naar mijn opvanghokje. Nu keek ik naar het ringnummer, zocht  direct ‘s avonds in het zoekprogramma van de computer wie de eigenaar was en belde het gevonden telefoonnummer.
Ik kreeg een jonge vrouwenstem met  een zangerig noordelijk accent aan de lijn; Friesland!
’ Pieterjan was niet thuis. Die zou morgen wel bellen. Er woonde een kennis in Amersfoort; misschien was er iets te regelen.’ 

Na  ’t beloofde telefoontje de volgende dag, kreeg ik bezoek van ene Jan uit het  Amersfoortse Oesterkwartier. Hij had een baard, rookte een sigaar en babbelde uitgebreid over zijn relatie met de eigenaar.
Tenslotte vroeg hij wat de kosten waren van het logeren.


Ik schudde mijn hoofd, zei eerst dat ik niks wilde hebben en mompelde iets van’ We zijn op de wereld om elkaar te helpen…..nietwaar!’
‘Weet je het zeker,’ vroeg Jan,’ die man heeft hele goeie duiven hoor. Misschien stamt dit torenpikkertje, zoals jij  haar oneerbiedig’ noemt, wel af van Kleine Dirk of Bolle Marietje!’
‘ Kan me niks schelen al was ze van de Koningin, ik hoef geen kostgeld,’
 Jan zette de Friese zwerfster in een mandje.

’ Kijk’, zei ik en wees naar de zonwering, ‘ daar heeft  de dochter van Bolle Marie al die tijd gezeten en gescheten. Misschien stuur ik toch nog wel een onkostendeclaratie naar Friesland, want dat moet allemaal  vakkundig gereinigd worden.’
’ Ja, ja’ lachte Jan, dat  moet je zelf niet doen. Dat is te gevaarlijk op je ouwe dag, daar mag wel een Glazenwasser voor komen en als het een beetje tegenzit, moet het hele zonnescherm vervangen worden. Ik zal Pieterjan zeggen dat hij een vette rekening kan verwachten.’
©.c.u

1 opmerking:

Antoinette Duijsters zei

Ja het zal je maar gebeuren, het hele zonnescherm onder de duivenpoep.