dinsdag 13 november 2012

Zielige mezen en kunststof eieren



Eksters zijn lid van het boevengilde in de vogelgemeenschap. Vroeger  waren ze derhalve vogelvrij. Je kon ze ongehinderd doodschieten met katapult, pijl en boog of jachtgeweer. De ekster was schadelijk. Ze jatte bij de kippenboer  kuikentjes. Dat werd niet  gewaardeerd. 
Verder was familie ekster gek op bling bling glinsterdingetjes. Ze pikte sieraden, lepeltjes, bedeltjes, ringetjes, armbandjes, speldjes en zo  meer. Alles sleepte ze  naar haar hoge nest in eik, wilg of populier. Volgens mij is dat een fabeltje.
In mijn verre jeugd haalde ik elk eksternest uit dat ik zag en nooit heb ik, afgezien van  die groenbruin gespikkelde eitjes ,iets van waarde aangetroffen. 

\Moeder was aan de afwas, ze deed haar trouw- of sierring af,legde die ergens neer, in de vensterbank en het raam stond open. Later was de ring weg. Ze had een ekster horen schetteren. Bingo; dat beest moest de schuldige zijn.  In werkelijkheid zat de vork misschien anders op de steel. Ze had de ring verloren . En nu was die met afwaswater weggespoeld of zoiets. Ze durfde dat niet te vertellen. 
Er kunnen andere scenario’s zijn geweest, vul maar in. Maar goed de ekster was de gedoodverfde  dievegge.

Een ekster is een inlandse vogel en het woord zal bij voorkeur vrouwelijk gebruikt worden meldt mijn Wolters Koenen Handwoordenboek. Ze lijdt ook nog aan kleptomanie want ze steelt onnuttige dingen. Hoe dan ook ik vind die schetteraars vanuit een zeker perspectief rotbeesten, punt uit basta. 
 Sinds lang geleden heeft de overheid besloten dat de ekster  met andere herrieschoppers zoals, kraai, raaf, kauwtje en Vlaamse Gaai die allemaal familie zijn, wettelijk beschermd dient te worden. Dat ze het leven van allerlei lieve zangvogeltjes verzuren is part of the game. ‘De natuur mot z’n loop hebben, dat ken ik billikken’, schreef Kronkel- Carmiggelt ergens .

Op het moment dat ik dit schrijf tettert buiten een ekster en laten merels hun alarmriedel horen. Er is weer stront aan de knikker in vogelland. Eksters praat me er niet van.
 Mijn vogelhokje  was voor ’t eerst bewoond. Dat was een heuglijk feit. Eitjes, jongen, met insecten, meelwormen en allerlei kriebelbeesten af en aanvliegende pa en moe mees. Met spanning zag ik naar de dag uit dat de jonkies gingen uitvliegen. Dat zou een feest zijn. Mis! 

Op een middag toen de jonge mezenbende 5 man sterk uit het vlieggat tuimelde en even daarna van her en der uit de tuin naar Pa en Moe riepen:’Kijk mij eens, hier zit ik, ik kan al een beetje vliegen met losse handen’, doken uit het niets twee eksters en een kraai op. Ze grepen de piepende meesjes en vlogen met hun spartelende prooi naar een hoge boom of flat. Het werd op slag stil in de tuin. De gelukkige familie Mees bestond niet meer.
 Je staat er bij en kijkt er naar. Zielig toch! Maar ja, dat is de natuur nu eenmaal!  Soms valt er echter met eksters wel te lachen

Vorige week dronk ik koffie met Harm, Jan en Oude Bertus, allemaal duivenvrienden. 
Harm mopperde:’ moet je horen, eksters hebben mijn  plastic eieren gestolen. Ik was in ‘t hok bezig met het schoonmaken van de broedschotels. Buiten had ik zes kunststofeieren zolang op de tuintafel liggen.  
 Af en toe moet je toch aan geboortebeperking doen of niet, anders krijg je te veel jonge duiven. Toen ik de eitjes  wilde omwisselen , lag er niks. Nog net zag ik zo’n zwart wit kreng met mijn ei in de bek weg klapperen. Begrijpen jullie dat.  Wat moet zo’n stom beest  er nou mee, snapt ie niet dat het nep is!’

’Nee’, lachte Jan,’dat  hebben  je duiven ook niet in de gaten; die zitten rustig 18 dagen of drie weken voor nop te broeden. Wout  zei me laatst na het inkorven dat hij op advies van z’n broer de eieren een tijd in het diepvriesvak had gelegd. Hartstikke koud en bevroren kwamen ze weer onder de duiven.’
‘Enne werkte dat’,  informeerde Harm argwanend.  Nee, want die eieren kwamen toch uit sprak Wout met een stoïcijns gezicht.
‘Ik zou ’t gezicht van zo’n ekster wel willen zien’, zei ik,  zo’n beest vliegt normaal met  een ei naar een rustig plekje, laat het stuk vallen en smikkel- slurpt de inhoud lekkertjes naar binnen. Nu heeft ie een ei dat niet stuk te krijgen is. Hoe vaak ze het ook  kapot gooit, er komt geen barst in. Dan voel je je als ekster toch voor aap staan!’

‘Net goed’ bromde Bertus,’smerige beesten zijn het. Van mij mogen ze dat tuig allemaal afschieten. Harm knikte; die laatste zin klonk hem bekend in de oren.
’Maar ze zijn beschermd en zo erg is het toch ook niet. Je koopt gewoon nieuw.’ suste Jan.’
’Dat kan’, bromde Bertus,’maar ik zou  als ik jou was ergens stenen- of kalkeieren op de kop zien te tikken. Die gebruikte m ’n vader vroeger.’
‘En een ekster zal ze niet gauw meenemen, want ze zijn  zwaarder, haha, daar tilt ie zich een breuk aan’, lachte Jan  met de volumeknop in de hoogste stand.
Daar moest oude Bertus ,die de wereld  om zich heen standaard  nuchter en somber bekijkt, toch om glimlachen. 
©c.u.          

3 opmerkingen:

Antoinette Duijsters zei

men moest eens weten hoeveel vogel soorten er onderling eieren en jongen jatten. Echt niet alleen de familie kraai Dat gemopper op deze dieren doet mij pijn.

Unknown zei

@Antoinnette; dat weet ik natuurlijk wel en je weet best dat ik het allemaal niet zo erg vind

Athy zei

ik moet altijd lachen om die mopperkonten,vooral wanneer ze een losse tak uit een boom willen plukken voor nest reparatie.eindeloos geduld,eindeloos geklungel.In mijn tuin komen ze gelukkig niet.